SV | Daartoe stelde Josafat ook te Jeruzalem [enige] van de Levieten, en van de priesteren, en van de hoofden der vaderen van Israel, over het gericht des HEEREN, en over rechtsgeschillen, als zij weder te Jeruzalem gekomen waren. |
WLC | וְגַ֣ם בִּ֠ירוּשָׁלִַם הֶעֱמִ֨יד יְהֹושָׁפָ֜ט מִן־הַלְוִיִּ֣ם וְהַכֹּהֲנִ֗ים וּמֵרָאשֵׁ֤י הָאָבֹות֙ לְיִשְׂרָאֵ֔ל לְמִשְׁפַּ֥ט יְהוָ֖ה וְלָרִ֑יב וַיָּשֻׁ֖בוּ יְרוּשָׁלִָֽם׃ |
Trans. | wəḡam bîrûšālaim he‘ĕmîḏ yəhwōšāfāṭ min-haləwîyim wəhakōhănîm ûmērā’šê hā’āḇwōṯ ləyiśərā’ēl ləmišəpaṭ JHWH wəlārîḇ wayyāšuḇû yərûšālāim: |
Daartoe stelde Josafat ook te Jeruzalem [enige] van de Levieten, en van de priesteren, en van de hoofden der vaderen van Israël, over het gericht des HEEREN, en over rechtsgeschillen, als zij weder te Jeruzalem gekomen waren.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Daartoe stelde Josafat ook te Jeruzalem [enige] van de Levieten, en van de priesteren, en van de hoofden der vaderen van Israël, over het gericht des HEEREN, en over rechtsgeschillen, als zij weder te Jeruzalem gekomen waren.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!